Page Comparison

Locatie

Het onderdeel “locatie” bevat onder andere de naam van de organisatie, adresgegevens en algemene openingstijden. Daarnaast kan worden aangegeven of de organisatie een helikopter landingsplek heeft, dit betreft een vaste helikopter landingsplek. Deze gegevens worden op diverse plekken in het dashboard getoond.

Contactgegevens

Onder de instellingenpagina “contactgegevens” kan de organisatie een contactpersonen invoeren.

Contactgegevens LPZ

Contactgegevens LPZ betreft een contactpersoon/aanspreekpunt voor stichting LPZ. Deze gegevens worden gebruikt voor communicatie tussen het LPZ en de organisatie. Deze gegevens zijn niet zichtbaar in de applicatie.

Contactpersonen

Bij contactpersonen kunnen contactpersonen van de organisatie worden ingevuld. Deze contactpersonen zijn bij de organisatie informatie zichtbaar voor andere gebruikers van de applicatie.

LPZ ondersteunt momenteel de volgende typen contactpersen:

• SEH manager

• Dienstdoende SEH arts

• Triage coördinerend verpleegkundige

• Capaciteitsmanager

• Beddencoordinator

• Regiehouder SEH

• Verloskunde

• Neonatologie

• Contact stop

• Crisiscoördinator

• Dienstdoende cardioloog

• Dienstdoende intensivist

• Dienstdoende neuroloog

Profiel

De instellingen pagina “profiel” bevat informatie over de faciliteiten die de organisatie te bieden heeft. Op deze pagina kan worden aangevinkt over welke afdelingen en faciliteiten de organisatie beschikt.

Spoedzorg

De instellingen pagina “spoedzorg” bevat instellingen voor de spoedzorg module.

Specifieke stops

Onder specifieke stops kan worden aangegeven welke stops van toepassing zijn voor de organisatielocatie. Deze stops worden automatisch getoond op het spoedzorg dashboard.

Druktemeter

Selecteer welke druktemeter er voor de organisatie getoond moet worden.
Beide worden berekend, ongeacht of deze wordt getoond.

Deze instelling wordt gebruikt voor de weergave van de drukte binnen de eigen organisatie en de weergave van de drukte van de organisatie aan andere applicatie gebruikers. Dit maakt dat erop het dashboard zowel druktescores middels Nedocs als mNedocs getoond kunnen worden.

Hierbij is het goed om de realiseren dat een score lastig ter vergelijken is over huizen heen.

Meer Daarnaast kan op deze pagina worden aangegeven welke capaciteit moeten worden meegenomen in variabele B voor de berekening van de druktemeter. Voor meer informatie over de druktemeter, zie Berekening druktemeter (NEDOCS & mNEDOCS)

SEH procestijden

Bij het onderdeel “SEH procestijden” kunnen drempelwaarden worden ingesteld voor de verschillende procesonderdelen. Wanneer drempelwaarden worden overschreden toont de applicatie een indicator.

Kliniek

De instellingen pagina “kliniek” bevat instellingen voor de kliniek module. Hier kunnen per type capaciteit drempelwaarden worden ingesteld. De applicatie geeft een indicator wanneer de beschikbare capaciteit de drempelwaarde heeft overschreden. Het invullen van de drempelwaarden is optioneel.

Geboortezorg

De instellingen pagina “geboortezorg” bevat instellingen voor de geboortezorg module. De instellingen zijn opgedeeld in stop, drempelwaarden en routebeschrijving verloskunde.

Stop

Bij het onderdeel “stop” kan aangegeven worden of er voor de organisatie een verloskunde stop kan worden ingesteld en getoond in de applicatie.

Drempelwaarden

Hier kunnen per type geboortezorg capaciteit drempelwaarden worden ingesteld. De applicatie geeft een indicator (gekleurde balk) wanneer de beschikbare capaciteit de drempelwaarde heeft overschreden.

Routebeschrijving verloskunde

Onder routebeschrijving verloskunde kan een organisatie toelichting geven over de route naar de afdeling. Het is mogelijk om een link (url) toe te voegen aan de routebeschrijving, de applicatie zal deze herkennen en omzetten in een klikbare link.

COVID

Drempelwaarden

De applicatie geeft een indicator wanneer de beschikbare capaciteit de drempelwaarde heeft overschreden. Het invullen van de drempelwaarden is optioneel.

Rekenmethode

Onder rekenmethode kan ingevuld worden op welke wijze het aantal vrije bedden wordt bepaald dat doorgegeven wordt aan het RCPS. Zie onderstaande informatie voor een uitgebreide toelichting op de rekenmethode.

Standaard wordt het aantal vrije bedden per covidcapaciteit label bepaald o.b.v. het aantal vrije bedden per label. Zoals hier rechts weergegeven.

Het is echter ook mogelijk om het aantal vrije bedden per covidcapaciteit label te bepalen o.b.v. ‘de totale capaciteit per covidcapaciteit’-label en ‘het aantal patiënten dat aanwezig is’.

Hieronder zie je als voorbeeld het verschil in de bepaling van de beschikbare bedden voor covid patiënten op de IC:

• Standaard bepaling: alle bedden die zijn aangeleverd als beschikbaar en met het covidcapaciteit label ‘IC – Covid’

• Bepaling door berekening: covid capaciteit IC – covid patiënten IC – ontlabelde patiënten IC – drempelwaarde ‘IC – Covid’

De methode middels berekening kan handig zijn voor ziekenhuizen waarbij voor de beschikbare bedden niet vastligt of het een covid of non-covid bed is. Bij deze optie is het aantal beschikbare bedden per covidcapaciteit label afhankelijk van de totale capaciteit en het aantal patiënten.

Gegevensdeling

Met andere gebruikers

In dit onderdeel kan per item worden aangeven of deze informatie buiten de eigen organisatie gedeeld mag worden.

• De actuele wachttijden, aanwezigheid en druktemeter kunnen worden gedeeld, onderdeel van de Spoed module

• De actuele beschikbaarheid van bedden, onderdeel van de Kliniek module (incl. Geboortezorg)

Met het LCPS

In dit onderdeel kan = worden aangeven of deze informatie met het LCPS gedeeld mag worden.

• Dagelijkse aanlevering van RCPS gegevens direct aan het LCPS.

  De gegevens blijven beschikbaar voor het RCPS, maar het RCPS hoeft deze gegevens niet meer te uploaden via het LCPS Dataportal.

Image Removed

 Voor meer informatie over de rekenmethode zie Rekenmethode crisiscapaciteit (cq. covidcapaciteit)

Exclusie

De covid-bezetting (patienttype) bevat voor de kliniek non-covid (en kliniek covid-verdacht) enkele afdelingen die uitgesloten moeten worden (zie rode deel definitie hieronder). Voor de volledige definitie, zie https://lpz-support.atlassian.net/l/cp/vsvucPTZ.
Patiënten die op één van deze afdelingen liggen tellen niet mee bij de kliniek non-covid bezetting.

Er zijn twee manieren waarop dit in LPZ ingericht kan worden:

1. Uitsluiten op basis van COVID-capaciteit:
   kliniek non-covid-bezetting (en kliniek covid-verdacht) zonder een covid-capaciteitslabel (inc. non-covid capaciteit) worden niet meegenomen.
   Eenzelfde constructie geldt voor IC-non-covid, ook deze wordt zonder een covid-capaciteitslabel niet meegenomen.

2. Uitsluiten op basis van specialistische capaciteit
kliniek non-covid-bezetting (en kliniek covid-verdacht) met een specialistisch-capaciteitslabel in onderstaande lijst worden niet meegenomen.
   Eenzelfde constructie geldt voor IC-non-covid, ook deze wordt indien aangeleverd met een specialistisch-capaciteitslabel in onderstaande lijst niet meegenomen.
   
   https://lpz-support.atlassian.net/l/cp/c1cAiHVX

Gegevensdeling

Informatie delen met andere LPZ-gebruikers

In dit onderdeel kan per item worden aangeven of deze informatie niet, regionaal of landelijke gedeeld wordt met andere LPZ-gebruikers. Deze gebruikers zijn gegroepeerd per organisatietype, we onderscheiden de volgende organisatietypen:

• ROAZ-bureau

• Ziekenhuizen

• MKA/RAV

• Eerstelijns verloskundigen praktijken

• Huisartsenposten

• Huisartsenpraktijken

Per item worden enkel de organisatietypes getoond die toegang hebben tot een onderdeel van het LPZ waar de gegevens getoond worden. Zo heeft een eerstelijns verloskundigen praktijk geen toegang tot het kliniek dashboard en heeft zodoende geen toegang tot de 'gewone' kliniek-capaciteit.

Per organisatietype kan vervolgens worden aangeven of en zo ja hoe de gegevens gedeeld moeten worden. Hierbij zijn de volgende opties zijn beschikbaar:

Niet delen
U deelt enkel gegevens met de eigen organisatie.

Regionaal delen
U deelt gegevens met organisaties van het betreffende type binnen de ROAZ-regio van de eigen organisatie.

Landelijk delen
U deelt gegevens met alle organisaties van het betreffende type binnen het LPZ.

Een deel van de gegevens worden altijd gedeeld wanneer hier gebruik van wordt gemaakt. Het gaat hierbij om de volgende gegevens:

• Beschikbaarheid van de SEH en andere afdelingen met acute instroom zoals bijvoorbeeld CCU, CT trombolyse of EHH (zie https://lpz-support.atlassian.net/l/cp/5ayfc1zX).
  

  Image Added

• Algemene informatie over uw organisatie.

  Image Added

• Profiel en patiëntengroepen

  Image Added

• Contactgegevens en contactpersonen

  Image Added

Van de volgende items kunt u aangeven of en zo ja, hoe deze voor het betreffende organisatietype gedeeld moet worden.

Spoedmodule

• Druktemeter SEH
  De NEDOCS en/of mNEDOCS score wordt gedeeld, de onderliggende variabele en berekening wordt niet gedeeld.
  

  Image Added

• Procesinformatie SEH

  Image Added

Kliniekmodule

• Beschikbare capaciteit (excl. COVID- en geboortezorgcapaciteit)
  Het gaat hier om beschikbare capaciteit, exclusief de COVID-capaciteit (zie https://lpz-support.atlassian.net/l/cp/jxy5J2sd) en de geboortezorgcapaciteit (zie https://lpz-support.atlassian.net/l/cp/pFndHBR9) .
  Totale en gereserveerde capaciteit is enkel inzichtelijk binnen de eigen organisatie.

  Image Added

Geboortezorgmodule

• Geboortezorg capaciteit
  

  Image Added

COVID-module

• COVID-capaciteit

  Image Added

Informatie delen met het RCPS

In dit onderdeel kunt u ervoor kiezen de COVID-capaciteit en COVID-bezetting delen met het regionale RCPS.

Informatie delen met het LCPS

In dit onderdeel kunt u ervoor kiezen de COVID-capaciteit en COVID-bezetting delen met het LCPS.

Abonnementen

Onder de instellingen pagina “abonnementen” kan een organisatiebeheerder e-mailadressen opgegeven welke, indien er een stop is afgekondigd de afgelopen 24 uur, een overzicht krijgen met stops.

Handmatige capaciteit

Indien de organisatie gebruik maakt van handmatige capaciteit doorgeven kan op deze instellingspagina worden geselecteerd welke capaciteit handmatig wordt doorgegeven.

Aanleverformat

Op de instellingen pagina “aanleverformat” kan worden ingevuld op welke wijze de capaciteit en bezetting wordt aangeleverd. Voor meer informatie over het aanleverformat zie Format aanlevering .